De Eerste Kamer heeft bijzonder kritisch gereageerd op het Wetsvoorstel kraken en leegstand. Hoewel de Tweede Kamer op 15 oktober 2009 akkoord is gegaan met dit wetsvoorstel, is het dus nog steeds niet honderd procent zeker dat de antikraakwet er komt. Zowel de linkse fracties in de Eerste Kamer als het CDA vragen zich af of het wetsvoorstel wel noodzakelijk en effectief is.

De Woonbond is geen voorstander van de antikraakwet. Momenteel mag een pand dat langer dan een jaar leeg staat, worden gekraakt. Kraken en vooral ook de dreiging van kraken helpen duidelijk om leegstand tegen te gaan en de woningnood op te lossen. Daarnaast lijkt de antikraakwet de leegstands-problematiek eerder te vergroten dan dat ze die oplost.

Veel bezwaren tegen de Wet kraken en leegstand
De Woonbond is niet blij met de Wet kraken en leegstand, die we te danken hebben aan het initiatief van de kamerleden Ten Hoopen (CDA), Van der Burg (VVD) en Slob (ChristenUnie). Ten eerste vanwege de invoering van een algemeen kraakverbod, ten tweede omdat de wet leegstand eerder bevordert dan tegengaat.

Volgens de Woonbond hielp kraken bij het tegengaan van leegstand en daarmee aan het oplossen van de woningnood, die in de grote steden nog steeds zeer nijpend is. De bestaande kraakwetgeving bood wat de Woonbond betreft voldoende handvatten om eventuele uitwassen aan te pakken.

Ook de vier grote steden zijn niet enthousiast over de antikraakwet. De wethouders volkshuisvesting van deze steden zijn met de Woonbond van mening dat de antikraakwet leegstand waarschijnlijk zelfs vergroot. Weliswaar is het gemakkelijker voor een gemeente om een leegstaand pand te vorderen, maar tegelijkertijd heeft de eigenaar de nodige juridische middelen gekregen om het voordragen van bewoners te vertragen. En dat terwijl de vier grote steden feitelijk vinden dat het juist de verantwoordelijkheid van de eigenaar is om te voorkomen dat een woning lang leegstaat.

De vier grote steden hebben er grote moeite mee dat de uitvoering van de antikraakwet bij de gemeenten is komen te liggen. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) gaat ervan uit dat de leegstandsboetes, die in de wet zijn opgenomen, te laag zijn om effect te hebben. Volgens de VNG werken leegstandsboetes alleen als ze zo hoog zijn dat vastgoedbezitters uit zichzelf op zoek gaan naar een tijdelijke oplossing.

Het valt dan ook te betwijfelen of gemeenten het nieuwe instrumentarium gaan gebruiken. Ook de Raad van State is daar niet van overtuigd en schrijft: ‘In het geval geen gebruik gemaakt wordt van het leegstandsinstrumentarium, zou een stringentere aanpak van het kraken zelfs kunnen leiden tot meer leegstand.

De noodzaak van antikraakwetgeving
Ten Hoopen (CDA), Van der Burg (VVD) en Slob (VVD) wilden met hun wetsvoorstel allereerst de norm onderstrepen dat kraken te allen tijde onrechtmatig is. Kraken moet volgens hen worden aangemerkt als een vorm van eigenrichting (eigen rechter spelen), waarbij het eigendomsrecht ernstig wordt geschonden. Hun wetsvoorstel maakt kraken onmogelijk en stelt het strafbaar als misdrijf. De vraag hoe een en ander zich verhoudt tot het recht op woonruimte werd door de betrokken parlementariërs niet beantwoord. Het fenomeen woningnood bagatelliseerden zij. ‘Kraken in de 21e eeuw kan steeds minder worden gezien als een activiteit, verbandhoudend met woningnood. Landelijk gezien is er geen sprake van woningnood en zelfs in grootstedelijk gebied zijn woningen beschikbaar’, schreven zij.

Geen valide cijfers
De memorie van Toelichting op het wetsvoorstel erkent dat er geen valide cijfers zijn over de omvang van kraken. Uit cijfers van de Raad voor de Rechtspraak blijkt dat er jaarlijks tussen de 300 en 450 civiele ontruimings-kortgedingen met betrekking tot kraken zijn geweest. De omvang van het kraken was dan ook geen belangrijkste argument. Er zou een verschuiving hebben plaatsgevonden naar andersoortige krakers (andere nationaliteiten) en het klimaat onder krakers zou harder zijn geworden. ‘Een kleine groep onder de krakers lijkt criminele gedragingen, zoals geweld en intimidatie, steeds minder te schuwen.’ (blz. 9 memorie van Toelichting). Andere argumenten zijn dan nog dat het ‘delict’ kraken samenloopt met andere strafbare feiten en dat de aanwezigheid van kraakpanden tot verloedering en overlast leiden.

De Raad van State stelde dat door het ontbreken van valide gegevens onduidelijk bleef wat de omvang van het probleem is en wat de oorzaken ervan zijn. De stelling dat er sprake is van een verharding in de kraakwereld of van een toename van de met het kraken gepaard gaande problemen wordt niet nader toegelicht. De Raad wees erop dat het in dat verband niet zonder betekenis is dat uit de verkenning van de G30 blijkt dat kraken zelden als een probleem wordt ervaren en steeds minder voorkomt. En dat zelfde geldt wat betreft de Raad van State voor de verzwaring van de strafbaarstelling. Ook daarvoor is een nadere analyse en verduidelijking wenselijk ‘van de doelen van de regeling en hun onderlinge verhouding, bezien in relatie met de geconstateerde problemen.’

Geen blijk van verharding
De afdeling Criminologie van de VU deed in opdracht van de politieacademie onderzoek naar ‘Kraken in Amsterdam anno 2009’. De Amsterdamse ‘kraakbeweging’ is volgens de onderzoekers in omvang afgenomen tot ongeveer 1.500 ‘echte krakers’ (tegenover 20.000 krakers in de jaren ’80). In tegenstelling tot verhalen in de media en politiek concluderen de onderzoekers dat ‘van een verharding van de kraakscene niet kan worden gesproken’ en dat geweldgebruik binnen de kraakbeweging grotendeels is verdwenen.

Huidige regels rond kraken
Als een woning langer dan twaalf maanden niet in gebruik is geweest, kan hij worden gekraakt zonder dat de kraker wordt vervolgd. Nederland is één van de weinige landen waar kraken (onder bepaalde omstandigheden) niet bij wet is verboden. De kraker moet er wel op letten niet op heterdaad te worden betrapt bij het openbreken van het pand. Verder doet hij er verstandig aan om de politie in te schakelen. Deze kan dan officieel leegstand en huisvrede constateren, waarna de krakers hun ‘bewoningswil’ kunnen laten blijken door een bed, een tafel en stoelen te plaatsen. Daarna is de enige manier waarop de eigenaar van de woning de kraker(s) uit de woning kan krijgen het voeren van een civielrechtelijke procedure.

In het begin van de jaren tachtig werden krakers beschermd als bewoners. Voor een ontruiming was toen een dagvaarding nodig die op naam van de bewoner stond. Door de identiteit van bewoners te verbergen, kon men lang blijven zitten. Dit ‘gat’ in de wet werd echter al snel door de overheid gedicht, waarmee anoniem dagvaarden mogelijk werd. Sinds in 1993 artikel 429sexies in het Wetboek van Strafrecht werd ingevoerd, is het strafbaar als je een pand waarvan het gebruik minder dan een jaar geleden is beëindigd niet ‘aanstonds’ ontruimt als de eigenaar/rechthebbende dat vordert.

De voorgestelde maatregelen

1. Er komt een algeheel strafrechtelijk kraakverbod. Kraken is altijd en overal verboden en niet meer mogelijk in het geval een pand langer dan een jaar leegstaat.

2. Kraken is niet langer een overtreding, maar een misdrijf. Het wetboek van Strafrecht wordt hiertoe aangepast. Hierdoor heeft het Openbaar Ministerie (OM) meer mogelijkheden om krakers daadwerkelijk aan te pakken en diverse delicten als bedreiging en vernieling cumulatief ten laste te leggen. Hierdoor kan het OM gewelddadige krakers een gevangenisstraf opleggen tot maximaal 2 jaar en 8 maanden. Bovendien weegt voor een veroordeelde kraker na inwerkingtreding van deze wet een aantekening op zijn strafblad nog zwaarder. Met deze maatregelen willen de initiatiefnemers het afschrikwekkend effect op krakers vergroten. Tenslotte ontstaat de mogelijkheid om buitenlandse krakers zonder vaste woon- en verblijfplaats of krakers die zich weigeren te identificeren in voorlopige hechtenis te houden tot hun zaak voorkomt.

3. Gemeenten wordt de mogelijkheid geboden om een leegstandsverordening vast te stellen, waarmee actief leegstandsbeheer mogelijk wordt. Onderdelen van een leegstandsverordening zijn een gebiedsgerichte meldingsplicht van leegstaande kantoren, bedrijfspanden en winkelpanden en het voeren van een leegstandsoverleg onder leiding van de gemeente, uitmondend in een leegstandbeschikking. Mocht in het uiterste geval de eigenaar helemaal niet meewerken, dan zorgt deze initiatiefwet voor de mogelijkheid dat gemeenten een of meerdere gebruikers aan de eigenaar van het leegstaande pand voordragen.

4. Het initiatiefwetsvoorstel vergroot de mogelijkheden voor tijdelijke verhuur en transformatie van verouderde en langdurig leegstaande kantoren. Een van de voorstellen is om leegstaande kantoren toe te voegen aan de Buitenplanse Ontheffingenlijst van het Besluit ruimtelijke ordening. De indieners waarderen de bijdrage van huidige antikraakorganisaties in het terugdringen van leegstand en verwachten dat deze organisaties ook in de toekomst een betrouwbare partner van gemeenten en eigenaren blijven. Om dit te bevorderen roepen CDA, VVD en ChristenUnie de antikraakorganisaties op om binnen de branche een eigen certificeringsysteem op te zetten.

Kraken en leegstand
De indieners van de antikraakwet leggen nadrukkelijk een relatie tussen kraken en leegstand. Zij onderkennen dat leegstand binnen gemeenten ‘een onverminderd actueel probleem is waarmee op maatschappelijk verantwoorde wijze dient te worden omgegaan.’ (blz. 15 memorie van Toelichting). Zij erkennen dat de leegstand van kantoren, bedrijventerreinen en koopwoningen als gevolg van de kredietcrisis nog verder kan oplopen. Een serieus probleem omdat nu al twee miljoen vierkante meter winkelruimte leeg staat; minimaal 4,5 miljoen vierkante meter kantoorruimte, 313.000 woningen en elf miljoen vierkante meter bedrijfsruimte. De conclusie die Ten Hoopen (CDA), Van der Burg (VVD) en Slob (VVD) daaraan verbinden is echter niet dat kraken helpt om (speculatieve) leegstand tegen te gaan, maar dat er sprake is van een grote markt voor leegstandbeheerders.

Antikraak als middel om leegstand tegen te gaan
Om leegstand van woonruimte aan te pakken beschikken de gemeenten al over voldoende instrumenten. Het instrumentarium in de antikraakwet spitst zich volgens de opstellers ervan vooral toe op de leegstand van niet-woonruimte. Omdat de antikraakwet gemeenten de mogelijkheid biedt een leegstandverordening op te stellen, kunnen ze de verantwoordelijkheid voor het leegstaan van panden overnemen van de betreffende eigenaren. Dat geeft met name ook mogelijkheden om leegstandsbeheerovereenkomsten te sluiten, antikraakbureaus in te schakelen. Een weinig aanlokkelijk perspectief, omdat de antikraakbureaus zich over het algemeen niet aan de huurwetgeving houden.

Antikraak
Het fenomeen ‘antikraak‘ heeft een hoge vlucht genomen. Tienduizenden ‘antikrakers’ zitten in een woning waarvoor ze formeel geen huur betalen. Het zou slechts gaan om een vergoeding voor gas, water en licht. Van deze ‘zuivere’ antikraak, dus zonder huurbetaling of dienstverlening, is in de praktijk echter zelden sprake. De term wordt vaak misbruikt als benaming voor wat eigenlijk een huurovereenkomst is.

In de praktijk blijken antikraak bureaus namelijk forse financiële (gebruiks)vergoedingen te vragen en eisen ze van de antikrakers ook nog eens dat die allerlei diensten leveren. Feitelijk is bij veel antikrakers daardoor sprake van een huurovereenkomst. Dat betekent dat de antikraker huurbescherming heeft.

Omdat antikraak zo ‘in’ is, heeft de Woonbond antikrakers oproepen goed na te gaan of ze wellicht toch huur betalen, via een gebruiksvergoeding of door diensten te leveren. In dat geval kunnen ze een beroep doen op huurbescherming en kan het antikraakbureau hen bijvoorbeeld niet binnen enkele weken op straat zetten.

De antikraker van tegenwoordig moet accepteren dat er op elk moment en onaangekondigd een controleur langs kan komen, hij krijgt boetes als hij zich niet houdt aan de regels van het antikraakbureau en het is hem verboden zijn ervaringen openbaar te maken. Een afwezigheid van drie dagen moet worden gemeld of er moet zelfs toestemming voor worden gevraagd. Vakanties van meer dan tien dagen zijn niet aan de orde, huisdieren zijn verboden en feestjes en barbecues zijn niet toegestaan.

Bron: De Woonbond

Relevante artikelen: